Zo schrijf je voor mobiel

10 juni 2016, 11:00

Tien tips voor betere teksten

Ruim de helft van alle digitale content consumeren we al via onze mobiel. Jongvolwassenen (van 18 tot 35 jaar) zijn zelfs ‘mobile only audiences’. En ook ouderen (65 tot 75) hebben bijna allemaal een smartphone. We grijpen gemiddeld meer dan 50 keer per dag naar onze iPhone, Samsung of HTC. Wat we dan doen? Natuurlijk veel filmpjes bekijken, facebooken, whatsappen en muziek luisteren. Maar we lezen ook nog steeds teksten. Tenminste… mits die geschikt zijn voor mobiel. Daarvoor zijn deze tien tips.

1. Schrijf met een doel

Schrijf eerst voor jezelf een paar dingen op. Wat wil je bereiken? Bij mobiel moet je doel een bepaalde ‘call to action’ zijn, zoals de lezer naar een concreet aanbod op je site sturen.

Let op dat je niet “het delen van de content” als belangrijkste doel hebt. Dat is een distributiedoel, geen schrijfdoel. Natuurlijk zorg je er wel voor dat je content makkelijk deelbaar is, bijvoorbeeld via social media buttons.

Bedenk van te voren niet alleen wát, maar ook wíe je wilt bereiken. Omschrijf je doelgroep of een bepaalde persona. En bepaal ook wat precies je boodschap is. Die boodschap moet een belofte zijn. Een concrete belofte zet je doelgroep aan tot een bepaalde actie. En dat is de eerste stap naar het door jou gewenste doel.

Dus niet: “Mijn doel is het vergroten van mijn naamsbekendheid, mijn doelgroep zijn alle mensen met een mobiel en mijn boodschap is dat ik veel verstand heb van internet”.

Maar wel: “Mijn doel is deze week 50 abonnees werven voor mijn online nieuwsbrief, mijn doelgroep zijn zelfstandige bakkers en mijn boodschap is dat met mijn tips hun omzet met 25% stijgt.”

2. Schrijf aan een mens

Uiteindelijk schrijf je natuurlijk niet voor mobiel, maar voor een mens. Spreek die persoon aan. Stel de lezer gerust af en toe een vraag. En gebruik zo vaak mogelijk woorden als ‘je’, ‘jij’ en ‘jouw’.

Laat ook merken dat je snapt wat de lezer bezighoudt. Bijvoorbeeld: “Als marcom manager heb jij waarschijnlijk veel interne opdrachtgevers.” Zo creëer je een vertrouwensband.

Je tekst concurreert met ongelooflijk veel andere content. Bovendien krijgt je lezer ook nog continu appjes, tweets en mailtjes binnen. Of de lezer wordt afgeleid, door een collega, zijn kind of de treinconducteur. Hoe persoonlijker je bent, des te groter de kans dat je lezer bij je blijft.

Dus niet: “Ons bedrijf kenmerkt zich door een veelzijdig productaanbod, gekoppeld aan flexibiliteit en klantgerichtheid.”

Maar wel: “Ben je op zoek naar een sportieve e-bike onder de € 1.000? Die speciaal voor jou op maat wordt gemaakt? En die gratis bij je thuis wordt bezorgd?”

3. Schrijf een ‘killer’-kopregel

De kopregel is de belangrijkste zin van je tekst. Die bepaalt voor een groot deel of mensen verder lezen. Prikkel de nieuwsgierigheid van de lezer. Met nieuws of bijvoorbeeld een tijdelijk voordeel. Wat ook kan: een kopregel en een subkop. Zoals ik bij dit artikel heb gedaan.

De ideale lengte van je kopregel is 6 woorden. Die 6 woorden tellen maximaal 60 tekens, exclusief spaties. Zet de ‘keywords’ vooraan.

Dus niet: “Recent onderzoek wijst uit dat hardlopen ook goed is voor de geestelijke gezondheid”

Maar wel: “Hardlopen: goed voor lichaam én geest”

4. Schrijf omgekeerd

Een mobiele sessie duurt gemiddeld slechts 72 seconden. Zorg dus dat je snel tot de essentie komt. Schrijf daarom elke tekst of het een persbericht is. Na de kopregel is de eerste zin het belangrijkst. Besteed daar de meeste aandacht aan. En zorg dan dat in de eerste paragraaf alle belangrijke informatie (of je aanbod) staat. Beantwoord vragen als: wie, wat, waarom, wanneer, hoe, hoeveel? Doe niet aan opwarmertjes of inleidingen. Het motto is: “Frontload the content”.

Dus niet: “Bij het verkopen van je huis komen een heleboel zaken kijken. Bijna iedereen wil een zo hoog mogelijke verkoopprijs. De meeste mensen willen ook zo snel mogelijk hun huis verkopen. En lang niet elke huiseigenaar beschikt zelf over de kwaliteiten om het zakelijke gedeelte goed regelen. Zoals de optimale vraagprijs vaststellen, rondleidingen organiseren en onderhandelen met een koper. Daarom schakelen veel verkopers een makelaar in. Een nieuwe trend is het inhuren van een stylist.”

Maar wel: “Met een stylist verkoop je sneller je huis. En meestal ook voor een hogere prijs. Gemiddeld zelfs voor € 5.000 meer. Dat betekent dat je de kosten van de stylist er altijd uithaalt.”

5. Schrijf gestructureerd

Structuur is belangrijk om twee redenen. Lezers scannen namelijk voordat ze gaan lezen. Een structuur helpt ze om te beoordelen of die tekst interessant genoeg is. Bovendien haken lezers snel af. Een heldere structuur houdt ze bij de les.

Dus niet: “Ten eerste, gebruik lijstjes en opsommingen. Lezers zijn er dol op. Ze weten dan waar ze aan toe zijn. Ten tweede, schrijf korte paragrafen. Die breken het ritme. Een paragraaf mag niet langer zijn dan 4 regels (op een mobiel scherm). Vervolgens, zet elk deelonderwerp in een nieuwe paragraaf. Ten derde: gebruik veel tussenkopjes. Liefst niet langer dan 3 woorden. Elke tussenkop moet de lezer naar de volgende paragraaf leiden. Schrijf tot slot korte zinnen. Dit vooral omdat het scherm van een mobiel heel smal is.”

Maar wel:

  • Gebruik lijstjes en opsommingen. Lezers zijn er dol op. Ze weten dan waar ze aan toe zijn.
  • Schrijf korte paragrafen. Die breken het ritme. Een paragraaf mag niet langer zijn dan 4 regels (op een mobiel scherm). Zet elk deelonderwerp in een nieuwe paragraaf.
  • Gebruik veel tussenkopjes. Liefst niet langer dan 3 woorden. Elke tussenkop moet de lezer naar de volgende paragraaf leiden.
  • Schrijf korte zinnen. Dit vooral omdat het scherm van een mobiel heel smal is.

6. Schrijf puntig

Puntig schrijven wil niet zeggen: kort. Puntig wil zeggen: “Maximum information with minimum words”. Bedenk wel dat 500 woorden (één A4 op papier) al heel erg lang is op een mobiel scherm.

Nu gebruiken mensen hun mobiel soms ook als een soort e-reader. Ze lezen dan stukken tot 6.000 woorden. Voor nog langere teksten pakken de meeste mensen een echte e-reader of tablet. Natuurlijk, als je een roman schrijft, mag je wijdlopig zijn. In alle andere gevallen: wees ‘to the point’.

Dus niet: “Laat ik bij het begin beginnen. Dat is altijd een goed uitgangspunt, zeggen ze. En wie ben ik om dat tegen te spreken? Goed, ik liep dus naar huis.”

Maar wel: “Ik liep naar huis.”

7. Schrijf supersimpel

Wees niet bang voor ‘Jip-en-Janneke-taal’. Ook niet als je over complexe zaken schrijft, zoals een juridische kwestie of wetenschappelijk onderzoek. Maak het de lezer makkelijk. Een tekst op je mobiel lezen, is namelijk veel moeilijker dan van papier of een groot scherm. Vermijd daarom ook jargon en moeilijke woorden. Vermijd ook moeilijke constructies, zoals “Politie faalt, zegt ze zelf”. En bewaar woordspelingen en grappen voor andere situaties.

Dus niet: “Ten gevolge van de implementatie van de nieuwe beleidsvoornemens zijn we genoodzaakt om op korte termijn ons businessplan, dat eerder al was voltooid en goedgekeurd, kritisch onder de loep te nemen en verder aan te slijpen.”

Maar wel: “Door het nieuwe beleid moeten we snel ons businessplan aanpassen.”

8. Schrijf visueel

Mensen kijken eerst naar plaatjes, daarna pas naar tekst. En als je plaatjes aan je content toevoegt, stijgt de ‘click-through rate’ zelfs met 94 procent.

Maar… die plaatjes eisen veel meer aandacht op. Dus wees voorzichtig, ze kunnen de lezer ook afleiden van je verhaal. Probeer daarom een deel van je verhaal in de afbeeldingen te stoppen. Infographics zijn daarvoor zeer geschikt.

Dus niet:

Bron afbeelding: DayronV (publiek domein)

Maar wel:

Bron infographic: Intel Free Press (CC BY 2.0)

9. Schrijf namens je merk

Iedereen schrijft tegenwoordig. Zorg dat je onderscheidend bent. Schrijf dus namens je merk. Check bijvoorbeeld het merkstijlboek van je organisatie. Of lees nog eens jullie visie/missie en bestudeer jullie kernwaarden. Zorg dat jouw tekst in dat grotere verhaal past.

Dus niet: “Wij zijn anders als kledingmerk. Wij verlaten graag de gebaande paden en durven nieuwe wegen in te slaan.”

Maar wel: “We zijn ooit begonnen op de Noordpool. Waarom? Omdat je onze kleren het best kunt testen in de meest extreme omstandigheden.”

10. Schrijf, schrap en check

Schrijf een eerste versie. Schrap daarna alles wat buiten je onderwerp valt. Schrap ook alle herhalingen en overbodige woorden. Kopieer de tekst nu naar je mobiel en lees hem opnieuw na. Pas hem eventueel weer aan.

Laat iemand anders je tekst op zijn/haar mobiel nalezen. Heeft je tekst ook die toets doorstaan? Dan ben je klaar om ‘m te publiceren. Denk daarbij nog wel aan zaken als: clickable maken van koppen, invoegen van (interne) links, tagging en SEO. Veel succes!

Bronnen

Artikelen

Boeken

Franklin is Copycoach, hij helpt organisaties om hun verhaal in hun eigen taal te vertellen.

Categorie
Tags

3 Reacties

    Martijn Geerdink – Webton

    Bedankt voor deze uiteenzetting. Vooral “2. Schrijf aan een mens” schat Google steeds belangrijker in om hoger in de zoekmachines te komen. Content en users zijn king!

    We nemen dit artikel mee in ons wekelijks overleg!


    10 juni 2016 om 12:27
    Sander

    Dankjewel, fijn om mijn hoofd weer even op te frissen met dit lijstje. Alleen die infographic is een slecht voorbeeld voor mobiel, onleesbaar!


    8 juli 2016 om 07:30

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!