What makes you Horny: Niet de zoveelste netwerkborrel

28 januari 2010, 08:34

What makes you horny (check: #WMYH op Twitter), gisteren in Amsterdam, was gebaseerd op het Amerikaanse BarCamp. Niet de zoveelste netwerkborrel, dus. “En we houden van chaos,” aldus organisator Polle de Maagt van bureau Boondoggle, het uit België afkomstige reclamebureau met een kleine vestiging in Amsterdam. WMYH was een lovenswaardig initiatief, met een twintigtal sprekers die elk tien minuten en een klein podium kregen in het hippe Amsterdamse Bocinque (nieuwste bar/restaurant van de makers van Jimmy Woo en Suzy Wong) Regels: time slots van maximaal tien minuten, en dan aangeven wat je inspireert, of beter, what makes you horney. De setting was goed gekozen, beetje hangen op banken en zitjes, lap top op schoot en kaarsjes erbij; het leidde tot een goede ongedwongen sfeer.

Bullshit buttons

Ludiek was de aanwezigheid van bullshit buttons. Als de ergernis bij een presentatie te hoog oploopt kon je dat kenbaar maken met deze button. Bijvoorbeeld omdat de presentatie louter als doel heeft de ‘eigen zaak’ te promoten. ‘Dan doe je gewoon niet meer mee’, aldus de regels van het spel. Bij de tweede spreker werd er al gretig gebruik gemaakt van de rode knop. De man in kwestie bepleitte het avontuur van vrije ondernemersschap maar bleef zelf maar hangen bij zijn werkgever (een bank) omdat hij de inkomsten wel comfortabel vond.

Publiek

Het publiek? Zoals zo vaak bij dit soort dingen, een mannelijke aangelegenheid. Zo’n vijf vrouwen op vijftig mannen. Of, zoals iemand twitterde: ‘veel (Belgische) mannen die van Apple computers houden’. Hetzelfde goldt voor de sprekers. Opvallend weinig beklommen het podium om de ‘goede zaak’ te bepleiten. Duurzaamheid, toch een hot issue, kwam nauwelijks aan de orde. Of het moest aan Stefaan van Dist zijn, die treffend liet zien hoe weinig intelligent de mens grondstoffen aan de aarde onttrekt. Dat doen mieren en kolibries toch met veel minder bruut geweld, en relatief veel meer resultaat. Over de natuur als gratis R&D lab, en hoe de souplesse van een kogelvis de ontwerpers van Mercedes op weg hielp. Wat me verder bij is gebleven, zijn de presentaties van:

  • Alper Cugun, en zijn passie voor data. Meer controle en toegang tot de data die over consumentengedrag wordt verzameld. Denk aan het analyseren van mijn aankoopgedrag door de Appie-app van Albert Heijn. Wat overigens al snel een levendige discussie over privacy en persoonsgegevens werd.
  • Daan Faber over zijn kookworkshops in de zwaarbeveiligde inrichting in Vught (EBI, ‘daar waar de krantenberichten zitten’). De directeur van de EBI zag er de therapeutische waarde wel van in. Faber: “We hadden ook scherpe messen bij ons.. Gelukkig zien de bewakers er gevaarlijker uit dan de gevallen die daar zitten.” Zijn boodschap: inspiratie haal je op plekken waar avontuur lonkt. Ofwel het jongensdroomgevoel. “Soms moet je gaan voor het avontuur en niet voor het geld.”
  • Marc Teuwsen haalt inspiratie uit het werken in de wereld van film. Bijvoorbeeld dat de low budget productie Paranormaal activity uit 2009 800.000% rendement realiseerde. Gemaakt door amateurs, slechts een huis en de bewoners als decor. Het stel probeert met een camera buitengewone zaken aan het licht te brengen. Ook wel omschreven als de hottest new Blair Witch Project.
  • Edo van Dijk, een ontwerper, over way finding (bewegwijzering). De weg kwijt raken is volgens hem een nauwelijks verholen, diepgewortelde angst van elk mens. Zie hier het belang van bewegwijzering! Hij krijgt, naar eigen zeggen, een harde plasser van ingenieuze kaarten zoals die van de Londense Underground, en de moderne manieren waarop je kaarten kunt presenteren. De nieuwe generatie bewegwijzering dus.
  • Denis Ghys, met zijn stelling: Upside down is the new straight up. Een kruising tussen een cabaretier en een trend watcher die graag alles 180 graden omdraait en tegen heilige huisjes schopt. Zijn stelling: ons hoofd gaat ontploffen, met al het gemultitask, de informatie die op ons afkomt, en waar we tegenwoordig allemaal aan verbonden moeten zijn.. Welvaart is straks niet meer connectiveness, maar afzondering, waar bijvoorbeeld de luxe resorts van Dunton Hotsprings op inspelen.
  • Justus Bruns’ idee om van Times Square een art square te maken: waarom zou het niet mogelijk zijn om alle bill boards een dag of langer louter met kunst aan te kleden?
  • Martijn Pannevis: “Het web wordt meer dan alleen websites ”. Hij doelt onder andere op oneframeoffame.com, de participatieve videoclip voor C-Mon & Kypski. Je kunt een foto van jezelf in de clip laten opnemen. De clip is dus elke dag anders, en leidt tot veel betrokkenheid van fans (en natuurlijk veel aandacht voor de band). Facebook en Twitter deden al het werk.
  • De sterke spreker (zichzelf met Steve Jobs vergelijkende) Bram Alkema, die het onbegrijpelijk vindt dat er voor ‘via-via marketing’, ook wel social media marketing, geen goed werkwoord bestaat. “Elke keer als ik iets moet verkopen op gebied van social media marketing zit ik klem met dat rotwoord via-via marketing.” Viral misschien? Maar dat is geen werkwoord, zoals adverteren dat wel is. Zijn punt: “Wat mij enorm horny maakt, zijn dit soort paradoxen. Er is iets wat we zo vaak gebruiken en toch is er geen woord voor!”
  • Huub van Zwieten, die het wil hebben over ‘de kunst van het werken’. Hij helpt ‘de 75% van de beroepsbevolking die niet gelukkig is in het werk’. Het juiste werk maakt je gelukkig. Designer Marcel Wanders die zich afvraagt waarom de Amsterdamse grachten niet tot zwembad worden omgetoverd, dat vindt Huub inspirerend. Of de succesvolle striptekenaar Hein de Korte, die eerst leraar was maar daar een pesthekel aan had. “Mensen uit een dramabaan halen, dat is een beetje mijn missie.” Het kwam hem overigens wel op kritiek te staan van uit het zaaltje, het is tenslotte niet voor iedereen weggelegd om je droom na te jagen. “Wie maakt dan nog de toiletten in de trein schoon?”

Hulde voor WMYH

Al met al hulde voor WMYH. Niet de zoveelste netwerkborrel waarbij je uiteindelijk weer de hele avond staat te praten met de mensen die je al kent, maar een middagjes vol inspiratie: twintig presentaties van tien minuten, daar zit altijd wel wat tussen. Overigens, de tien minuten grens mag wel wat strikter worden gehandhaafd. Wat mij betreft is een strak schema en korte presentaties een belangrijk onderdeel van de kracht van WMYH.

Robert Doggers is oprichter van Next Episode, een podcastproductiebedrijf dat zich onder andere toelegt op podcasts voor interne communicatie en educatie. Hiervoor was hij 14 jaar lang als mede-oprichter verantwoordelijk voor social content bureau Yune.

Categorie
Tags

3 Reacties

    ARispens

    Ik vond juist de vrije chillsfeer die er hing heerlijk. Niet alle presentaties duurden even lang en er was ruimte voor een uit de hand gelopen discussie. Wat mij betreft hoeven de lijntjes niet zo strak bewaakt te worden.

    Verder 1 klein puntje, de naam is Bo Cinq :).

    Verder fijne recap van een briljante middag.

    Anneli


    28 januari 2010 om 10:05
    mgvandenbroek

    Mooi verslag van een mooi event zo te zien! Titel is sowieso geweldig.


    28 januari 2010 om 11:33
    Bobby Verlaan

    Een na laatste bullet:

    Voor social media marketing en via-via marketing zou ik het werkwoord “Converseren” willen gebruiken. Het gaat echt om mensen die met andere mensen praten en dingen aan elkaar laten weten.

    Deze borrel is een leuk initiatief, wordt er binnenkort ook een volgende gehouden?


    28 januari 2010 om 18:52

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!