Alexander Pleijter (De Nieuwe Reporter): “Alle journalisten móeten twitteren”

25 maart 2013, 10:29

Hoewel het internet al decennialang bestaat, beginnen we het nú pas op revolutionaire manier toe te passen. Dus wordt ook nú pas duidelijk hoe diepgaand het onze communicatie verandert. Neem boegbeeld van innovatie Twitter. Daarmee kunnen zowel journalisten als bakkers op de hoek hun verhaal vertellen, informatie overdragen, uitleggen en duiden. Alexander Pleijter, lector journalistiek en innovatie en hoofdredacteur van De Nieuwe Reporter gaat in Top Names met Fast Moving Targets in gesprek over de matige mate waarin de journalistiek van nu haar kansen grijpt.

Dit verslag is geschreven door Anke Hans (@ankehans).

“Ik vind het onbegrijpelijk dat er journalisten zijn die niet twitteren”

Pleijter heeft dubbele gevoelens over de stand van innovatie in onze journalistiek: “Soms zie ik mooie initiatieven voorbij komen, maar op andere momenten krijg ik tranen in m’n ogen als ik zie welke dramatische producten er tegenwoordig nog geproduceerd worden.”

Dat valt te verklaren. Want hoofdredacteuren van menig nieuwsorganisatie verplichten hun journalisten nog stééds niet om te twitteren. Pleijter snapt dat niet: “Als journalist moet je altijd de middelen gebruiken waarmee je het beste je verhaal kunt vertellen. Twitter hoort daar gewoon bij. Maar je hoort nergens ‘Jullie moeten allemaal twitteren, zodat we ons publiek ook via dát kanaal kunnen bedienen.’”

“Livebloggen zou onderdeel van elke opleiding journalistiek moeten zijn”

Ook het curriculum van de huidige opleidingen journalistiek biedt weinig hoop. Het eerste dat verse studenten er leren is hoe ze van een persbericht een nieuwsbericht moeten maken. Volgers Pleijter een armoedige vorm van journalistiek: “Het is een kunstje dat je moet kunnen, maar door die focus op oude journalistieke vertelvormen wordt alle creativiteit uit de studenten geramd.”

Zo zijn ze, ondanks dat ze hun media zelf voortdurend online consumeren, trots als ze bij de Volkskrant stage mogen lopen. Want zowel vanuit thuis als vanuit school krijgen ze mee dat als je iets wilt bereiken, je dáár binnen moet zien te komen. Terwijl live-verslaggeving buiten de traditionele muren de wereld op haar kop zet.

“Online media hebben nog geen aanzien”

Online media missen dat aanzien nog, terwijl daar wel degelijk het brood van de toekomst ligt. Pleijter ziet potentie in nieuwsinitiatieven met een Spotify-model: “In mijn fysieke krant staan veel artikelen waar ik geen belangstelling voor heb. Qua sport ben ik bijvoorbeeld alleen geïnteresseerd in artikelen over fietsen. Dus ruil ik de berichten over tennis liever in voor een fietsartikel van de NRC, of van Het Parool. Ik wil dus zélf mijn artikelenpakket kunnen samenstellen uit verschillende kranten en tijdschriften.”

Wat Pleijter zijn studenten als advies geeft? Om zoveel mogelijk zelf te doen: “Ik vertel ze dat ze niet alleen op school het programma moeten volgen, maar daarbuiten vooral hun eigen interesses moeten ontwikkelen. Door te twitteren, een blog bij te houden en zo een creatief portfolio op te bouwen dat laat zien waar ze écht goed in zijn, waarmee ze zich van anderen kunnen onderscheiden. Vaste banen bij de Volkskrant liggen namelijk niet voor het oprapen.”

Erwin Blom (Wormer, 1961) is voormalig hoofd van de afdeling Digitaal van de VPRO en mede-oprichter van The Crowds, een bedrijf dat zich specialiseert in ’social media’ en 'Fast Moving Targets', een platform over innovatie op het gebied van media, technologie en communicatie.

Categorie
Tags

2 Reacties

    Chris Klomp

    Wat een onzin. Twitter voegt helemaal niets toe. Ik zie het niet. Gewoon ouderwets vakwerk. Een telefoongids bij de hand en bellen. Het nieuw komt dan vanzelf via de fax binnen!


    25 maart 2013 om 11:29
    Thomas

    Ben het wel eens met Pleijter. Twitter voegt heel veel toe: het is direct actueel, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de krant. Daarnaast is het tweezijdig. Ik stel vaak vragen aan Midden-Oosten correspondenten Roel Geerearts en Harald Doornbos, die dan meteen antwoord geven. Dat kan op TV niet. Dus als Chris Klomp de voordelen niet ziet, dan wíl hij ze niet zien, dunkt me.

    Verder vind ik het een beetje jammer dat de Volkskrant als voorbeeld wordt aangehaald in het stuk, want ik heb het gevoel dat de VK het niet slecht doet. Liveblogs zie ik soms langskomen, de site is netjes en duidelijk, abonnees kunnen de krant ook online lezen. En laatst klaagde op Twitter ik over een van hun redacteuren, die me prompt een berichtje stuurde. Mogelijkheid tot discussie en dialoog ligt nu open. Dat vind ik toch wel een pluim waard. Hele goede manier om om te gaan met kritiek.


    25 maart 2013 om 12:42

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!